De media hebben het maar moeilijk met de SP

Anja Meulenbelt legt uit waarom de media maar moeite hebben met de SP:

Ja het is ook echt sneu voor de media dat de SP steeds maar geen sappig nieuws levert in de trant van kandidaat partijleiders die vechtend over straat rollen, elkaar subtiel of minder subtiel afzeiken, dat de SP geen partij is die tot op het bot verdeeld is, en er dus weinig reden is om je eigen positie te versterken door te gaan lekken in de media of daar probeert je concurrenten in de partij een kopje kleiner te maken. De SP is ronduit saai. Voor journalisten.

[…]

Nou, als je niet iets nieuws kunt verzinnen, dan warm je ouwe kliek op. Dan lees je in de Volkskrant dat de afdrachtsregeling ‘gevoelig ligt’ binnen de partij, dat is een gezellig onderwerp dat eindeloos weer terugkomt, en ergens anders dat de bobo’s er voor gezorgd hebben dat het onderwerp van de agenda van het congres is afgevoerd omdat het niet uitkomt, onenigheid zo vlak voor de verkiezing. Verrassing: de afdrachtsregeling ligt helemaal niet gevoelig binnen de partij. Er is regelmatig over gedebatteerd. En de uitkomst is elke keer hetzelfde: een hele grote meerderheid wil de afdrachtsregeling handhaven, en als we kijken naar de leden die verandering willen is dat zelden het afschaffen van de afdrachtsregeling, en gaat het er soms over de manier waarop die uitgevoerd wordt. Binnenkort is er een praktische evaluatie over de regeling, om te kijken of er in de uitvoering wat bijgesteld moet worden. Maar de afdrachtsregeling gaat niet afgeschaft worden.

De afdrachtregeling, waarbij mensen die voor de SP in de Tweede Kamer of elders worden gekozen hun salaris en/of onkostenvergoedingen voor een groot gedeelte moeten afdragen aan de partij, is inderdaad nog nooit controversieel geweest binnen de partij. Het is misschien wel het belangrijkste verschil tussen ons en de andere partijen, dat je in de SP niet carriere kan maken, niet de volksvertegenwoordiging kan gebruiken als aanloop naar het grote geld, zoals ook bij bv. de zich nog steeds sociaal-democratisch noemende PvdA kan. Zie je Jan Marijnissen al naar Shell gaan? Dacht het niet. De enigen die daar echt moeite mee hadden toen ik actief lid was, waren de baantjesjagers en andere opportunisten die door het succes van de SP in 2001-2005 op de partij afkwamen. En die vertrokken meestal net zo snel weer.

Buiten de partij hebben natuurlijk veel meer mensen problemen met deze aanpak, maar dat zijn niet mensen die het beste voor hebben met de partij. Deze aanpak werkt, heeft ervoor gezorgd dat de SP altijd onafhankelijk kon blijven, nooit compromissen heeft hoeven sluiten op kernwaarden. Het heeft ervoor gezorgd dat er geen kloof is tussen de partij “elite” van kamerleden en andere volksvertegenwoordigers en partijmedewerkers aan de ene kant en het “gewone” partijslid aan de andere kant. Mensen met geschikte kwaliteiten en inzet kunnen heel snel “carriere” maken als het nodig is en niemand voelt zich te goed om de handen uit de mouwen te steken. Daarom hebben we ook het grootste aantal actieve leden van elke partij, omdat iedereen op gelijke voet met elkaar omgaat.

En dat is niet eng sektarisch, dat is zoals het hoort in een socialistische partij.

Ondertussen in America..

Een vijfde deel van de Amerikaanse bevolking verkiest het socialisme boven het kapitalisme:

Only 53% of American adults believe capitalism is better than socialism.

The latest Rasmussen Reports national telephone survey found that 20% disagree and say socialism is better. Twenty-seven percent (27%) are not sure which is better.

Adults under 30 are essentially evenly divided: 37% prefer capitalism, 33% socialism, and 30% are undecided. Thirty-somethings are a bit more supportive of the free-enterprise approach with 49% for capitalism and 26% for socialism. Adults over 40 strongly favor capitalism, and just 13% of those older Americans believe socialism is better.

Investors by a 5-to-1 margin choose capitalism. As for those who do not invest, 40% say capitalism is better while 25% prefer socialism.

There is a partisan gap as well. Republicans – by an 11-to-1 margin – favor capitalism. Democrats are much more closely divided: Just 39% say capitalism is better while 30% prefer socialism. As for those not affiliated with either major political party, 48% say capitalism is best, and 21% opt for socialism.

Oftewel, slechts 53 procent van de bevolking gelooft nog in het kapitalisme, twintig procent wil socialisme, zeventwintig procent weet het niet. Kijk je naar mensen onder de dertig, dan wordt het percentage socialisten nog groter, 33 procent tegen 37 procent kapitalist, maar voor veertigers en ouder is het precies omgekeerd. Het verbaast natuurlijk niemand dat aandeelhouders en Republikeinen het het helemaal niet op het socialisme hebben, terwil onder Democraten en niet-aandeelhouders het weer omgekeerd is.

Wikinews heeft naast dit persbericht ook nog de reacties van de Socialist Democrats en de John Birch Society op dit nieuws.

Marxisme voor beginners

Lolmarx

Met de huidige economische crisis is het niet gek dat het Marxisme en socialisme in het algemeen weer onder de aandacht komt. Maar wat is het nu eigenlijk? De basis principes van het socialisme zijn zo ingewikkeld niet. Ze zijn meer dan anderhalve eeuw geleden al beschreven door Marx en Engels in het Communistisch Manifest. Daarnaast is er natuurlijk Das Kapital, (deel 1, deel 2), het levenswerk van Karl Marx waarin hij zijn theoriën over het kapitalisme uiteenzet. Niet de meest gemakkelijke stof.

Maar vrees niet, er is hulp. David Harvey, “Distinguished Professor at the City University of New York”, heeft een dertiendelig lessenreeks over Das Kapital online ter beschikking gesteld, met bijbehorend weblog. Het is helaas wel allemaal in het Engels.

Geinteresseerd in een meer algemene introductie tot het Marxisme? De Amerikaanse socialist Louis Proyect heeft hiervoor een hele serie artikelen geschreven. Weer in het Engels, natuurlijk.

Wil je naar eigen inzicht gaan lezen, dan is Marxists.org de plek om te beginnen. Hier staan de belangrijkste werken van socialisten uit alle tradities, of het nu Maoisten, sociaal-democraten, Marxisten of Trotskyisten zijn. Een ware schatkamer van de revolutie.

Scholierenprotest in Amsterdam

Peter Storm zegt het mooi, en voegt de daad bij het woord:

Dat een socialist zij aan zij staat met mensen die opkomen voor goede voorzieningen – in dit geval onderwijs, dat zo iemand opkomt tegen de onderdrukking van ene groep die voor haar rechten begint op te komen – dat was al een basisreden voor me om te gaan. Daardoorheen speelde vooral ook die woede: als jonge mensen zó behandeld worden door een ‘orde’ die voortdurend kakelt over respect maar voornamelijk belediging en minachtend geweld voor de jeugd in beweging heeft, dan horen ook oudere mensen daartussen te staan, om desnoods dat lot maar te delen, en diezelfde klappen en waterstralen te riskeren die de staat voor veertienjarigen in petto had en heeft.