In de Ban van Fortuyn – Jutta Chorus en Menno de Galan

De omslag van In de Ban van Fortuyn


In de Ban van Fortuyn
Jutta Chorus en Menno de Galan
344 pagina’s met index
Uitgegeven in 2002

Toen Pim Fortuyn werd vermoord op 6 mei 2002 was dit de eerste politieke moord in Nederland sinds de zeventiende eeuw. Het was dus met recht het eind van een tijdperk, de dag dat de politiek haar onschuld verloor. De moord zette een veranderingsproces op gang wat nog steeds niet is afgelopen. Volkert van der G., Fortuyn’s moordenaar, dacht met zijn daad het land te bevrijden van een gevaarlijk man, maar het enige waar hij echt in is geslaagd is van Fortuyn een martelaar te maken. Fortuyn werd een symbool voor iedereen die eng rechts was, een vlag waaronder veel vieze dingen, ook dingen waar Fortuyn het niet mee eens zo zijn geweest, verkocht konden worden. En alhoewel het “Fortuynisme” en de LPF bijna geheel uit de politiek zijn verdwenen leeft die erfenis van Fortuyn nog steeds voort.

In de Ban van Fortuyn begint terecht met de dag van zijn moord en de nasleep daarvan, waarna een sprong terug in de tijd wordt gemaakt naar Fortuyn’s jeugd en vroege carrieré. Vandaar wordt Fortuyn op de voet gevolgd door zijn turbulente leven, zijn tijd als politicus en uiteindelijk zijn moord en wat er daarna gebeurde met zijn partij. De auteurs zijn twee bekende journalisten die Fortuyn al vanaf het begin van zijn carrieré hadden gevolgd en sympathiek tegenover hem stonden, wat niet betekende dat ze het automatisch eens waren met zijn ideologie en denkbeelden.

Zelf ben ik niet zo’n fan van Fortuyn. Hij was nu eenmaal een rechtse populist met enige neiging naar Islamfobie, in een periode waarin dit vuurtje echt niet meer hoefde te worden aangewakkerd. Ik ben nog nooit zo opgelucht geweest als toen het bekend werd dat zijn moordenaar een blanke dierenactivist was; als het een voortijdige Mohammed B. kloon was geweest dan hadden we echte rassenrellen gehad en niet alleen een fikkie in de parkeergarage van de Tweede Kamer.

Maar wie was Fortuyn nu eigenlijk? Volgens In de Ban van Fortuyn kwam hij in ieder geval uit een kleinburgelijk, provinciaal, Katholiek gezin en was hij vanaf het begin altijd iemand die in het middelpunt van de belangstelling moest staan. Fortuyn studeerde sociologie, rechten, geschiedenis en economie in Amsterdam, kreeg begin jaren tachtig een baan als leraar aan de universiteit in Groningen waar hij Marxistische sociologie onderwees, waar hij langzaam politiek verschoof van het in de mode zijnde linksradicalisme naar de PvdA. In 1986 volgde een benoeming als researcher voor de Sociaal-Economische Raad en drie jaar later werd hij zelfs directeur van de OV-Studentenkaart BV. daar vetrok hij toendertijd met een fikse ruzie, om uiteindelijk als voltijd Elsevier columnist en afterdinner speaker te eindigen. Hierdoor en door zijn vele boeken werd hij langzamerhand een bekende Nederlander, in ieder geval in politieke en zakenkringen, iemand die steeds vaker werd gevraagd om rechts-liberale standpunten te komen verdedigen in de vele discussieprogramma’s die Nederland rijk is.

Maar zijn invloed bleef voorlopig beperkt en hij stonds zelfs bekend als een beetje een loser, die keer op keer goede betrekkingen verloor omdat hij te eigenwijs was en niet zo goed met anderen kon samenwerken. Ondertussen jeukte het bij hem om echt
iets groots te presteren.

En toen was daar Leefbaar Nederland, de partij van Jan Nagel en Henk Westbroek die was ontstaan uit hun succesvolle lokale partijen in Hilversum en Utrecht, partijen die zich afzetten tegen de gevestigde politiek en daar zoveel succes meehadden dat “leefbaar”partijen overal als paddestoelen uit de grond sprongen. Toen deze partijen bij de lokale verkiezingen dan hun beloftes waarmaakten en de grote winnaar werden van de verkiezingen waren de verwachtingen dan ook hooggespannen…

Voor de landelijke verkiezingen was echter wel een leider nodig en dat werd dus Fortuyn, die met de gemeenteraads verkiezingen in Rotterdam al gelijk de Leefbaar partij daar aan een forse overwinning had geholpen. Desondanks stond de top van LN, zo maken de auteurs duidelijk, eerst huiverig tegen het idee om Fortuyn bij de partij te halen; pas toen duidelijk was dat hij een stemkanon van formaat zou zijn werd hij echt gevraagd. Dat gebeurde in november 2001 en ondmiddelijk schoot Leefbaar Nederland omhoog in de peilingen. De tijd was rijp voor een nieuwe, charismatige partij, want de kiezer had genoeg van de grauwe jaren negentig en de arrogantie van de “grote vier”: CDA, PvdA, VVD en D66. Met Fortuyn leek LN die partij te zijn.

Het sprookje duurde niet lang, want al snel ging Fortuyn iets te ver voor de LN top, met zijn voornemen om artikel 1 uit de Grondwet te schrappen als dit artikel hem zo beletten de Islam een “achterlijke godsdienst” te noemen.

Dus toen stichte Fortuyn maar zijn eigen partij, de Lijst Pim Fortuyn en zoals we weten werd deze de op één na grootste partij in de Tweede Kamer bij de verkiezingen van mei 2002. Voor hemzelf kwam het te laat, maar de overwinning voor zijn ide&eulm;n en tegen de oude politiek leek compleet.

Maar ja, de LPF bleek als snel minder een partij en meer een verzameling dorpsgekken te zijn, die met alles en iedereen, inclusief zichzelf, ruzie kregen. Het was een mooie soap, die paar maanden dat ze in de regering zat, maar het toonde aan dat zonder Fortuyn zelf zijn beweging niks kon. Bij de volgende verkiezingen verloren ze het merendeel van hun zetels weer, modderden nog een paar jaar verder maar na de dramatisch verloren verkiezingen van 2006 hieven ze zichzelf maar op. Tot zover het Fortuynisme.

Wat er nu uiteindelijk overbleef van de erfenis van Fortuyn, is onduidelijk. De beweging die hij in gang heeft gezet is op sterven na dood, en zijn roep voor een nieuwe politiek is in de kiem gesmoord. Wat is overgebleven is, helaas, de ongenuanceerde afkeer van de Islam waarmee Wilders nu zo scoort…

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *