Politie discriminatie in Nederland



We kennen het uit Amerikaanse films en nieuws uit Engeland, maar ook in Nederland discrimineert de politie. Zoals de makers Doetank zeggen:

We leven in Nederland met heel veel vooroordelen. Dit komt terug in de media, hoe we praten en hoe we grapjes maken. De politieagent is net zo schuldig als alle andere mensen in Nederland die bijdragen aan dat negatieve beeld van de ander. Maar doordat de politie het machtsmonopolie heeft, heeft dit bij hen veel grotere gevolgen.

Verzet tegen rassenhaat en fascisme is altijd geoorloofd

Ik had het niet beter kunnen zeggen:

En klagen over een gewelddadige (en niet-bestaande) harde kern van gewelddadige mensen in AFA, zonder iets te zeggen over de inherente gewelddadigheid van de nazi-clubs waartegen AFA op een steeds vruchtbaarder manier actie tegen voert komt neer op een kant kiezen: tegen democratische actievoerders, en vóór antidemocratische fascistische groeperingen. De AIVD onthult hier vooral haar eigen autoritaire keuzes.

In de visie van de AIVD (en veel gemeentes) is een demonstratie die gericht is op het intimideren van bepaalde bevolkingsgroepen minder problematisch dan een demonstratie die zich tegen deze intimidatie verzet. Het wordt niet de fascisten verweten dat ze geweld gebruiken, maar de antifascisten die zichzelf ertegen verdedigen. En dat in de maand dat we het ultieme verzet tegen fascistische intimidatie en rassenhaat weer gaan herdenken.



Antifascisten zijn de echte terroristen!1!

In ieder geval volgens de Algemene Inlichtingen en Veiligheids Dienst, de AIVD. Aan de vooravond van de gemeenteraads verkiezingen hebben ze alle burgemeesters in Nederland via een brief en bijbehorende notitie gewaarschuwd voor de oh zo gevaarllijke Anti Fascistische Actie (AFA). Een uittreksel uit de notitie:

AFA gebruikt verschillende methoden om haar doel te realiseren. Zij doet zich in haar contacten met gemeenteambtenaren en (lokale)npolitici vaak voor als één van de vele antidiscriminatiebureaus. In die hoedanigheid biedt zij haar expertise aan. Met name wanneer (extreem)rechtse partijen en groeperingen een demonstratie aanmelden, komt AFA in actie en benadert zij het betreffende lokaal bestuur, alsmede de zaaleigenaren in de (buurt)gemeenten. De AIVD constateert dat de AFA bij haar activiteiten gebruik maakt van oneigenlijke middelen.

Woordvoerders van AFA treden hun gesprekspartners niet onder eigen naam tegemoet. AFA richt zich tot zaaleigenaren om hen te bewegen, onder verwijzing naar te verwachten schade, geen contract af te sluiten met (extreem)rechtse groeperingen. Ook tracht zij op oneigenlijke wijze invloed uit te oefenen op lokaal beleid; eveneens onder alias. Zo worden gemeenten aangeschreven met verwijzingen naar eventuele grote materiële schade door toedoen van extreemrechts, wanneer de gemeente een demonstratie van extreemrechts toestaat. In sommige gevallen heeft dit geleid tot annulering van een demonstratie, die vervolgens met succes bij de rechter werd aangevochten door bijvoorbeeld de Nederlandse Volksunie (NVU). Wanneer de manifestaties wel doorgang vinden, wordt de materiële schade doorgaans veroorzaakt door antifascisten en hun sympathisanten zelf, en niet door rechtse demonstranten.

De AIVD heeft in diverse gevallen geconstateerd dat lokale bestuurders door AFA zijn benaderd om aan AFA bruikbare informatie te leveren over activiteiten van rechtse groepen en partijen. Dit gebeurde met de waarschuwing voor mogelijke ernstige verstoringen van de openbare orde door rechtse groeperingen. In één geval verschafte een door AFA benaderde, geïntimideerde, persoon diverse data – waaronder persoonsgegevens – aan AFA. Deze, gedeeltelijk dus ook vertrouwelijke, informatie werd vervolgens door AFA breed verspreid. Dit heeft in het verleden geleid tot fysiek geweld tegen personen die volgens AFA extreemrechts zijn. Daarnaast tracht AFA in relatie tot verkiezingen zeer vroegtijdig in het bezit te komen van kandidatenlijsten en persoonsgegevens van kandidaten. Zij doen dit via contactpersonen binnen partijen. Deze data worden in sommige gevallen gebruikt in eigen onderzoek van AFA naar, deels vermeende, rechtsextremisten. Daarbij is het gebeurd dat individuen ten onrechte werden neergezet als rechtsextremist en als zodanig werden geschaad.

Acties van AFA kunnen ook een meer gewelddadige vorm aannemen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij demonstraties tegen de in hun ogen rechtse tegenstander, zoals de extreemrechtse NVU, of de ter
plaatse optredende Mobiele Eenheid.

De werkwijze van AFA volgt hierbij meestal een vast patroon. Tot 2009 meldde AFA in dezelfde gemeente een eigen tegendemonstratie aan, met als doel een demonstratie van de NVU te verstoren. Sinds 2009 worden deze acties georganiseerd door een AFA werkgroep met de naam Laat Ze Niet Lopen (LZNL). Deze tegendemonstraties worden doorgaans geaccepteerd. De NVU demonstreert en AFA roept elke linkse demonstrant op om het politiekordon te doorbreken, om zo te trachten een (gewelddadige) confrontatie met de NVU aan te gaan. Dit mislukt in de meeste gevallen, waarna het vaak tot een harde confrontatie komt tussen antifascisten en de Mobiele Eenheid. Voorbeelden waren in 2009 Maastricht (anti-Voorpost manifestatie) en in Venlo (anti-NVU betoging).

In de loop van 2009 heeft AFA haar werkwijze met betrekking tot tegendemonstraties verder ontwikkeld. AFA meldt niet langer al haar tegendemonstraties aan. Bovendien speelt de AFA-activist tijdens acties nu meer een aansturende rol dan een deelnemende. Leden van de AFA werkgroep LZNL zijn door infiltratie vaak vroegtijdig op de hoogte van plaats en datum van demonstraties. LZNL zoekt vervolgens lokaal hulp en benadert groepen die te mobiliseren zijn om tegen rechts te demonstreren. Dit kunnen bijvoorbeeld de plaatselijke moskee, Marokkaanse verenigingen of voetbalhooligans met linkse sympathieën zijn. Ook de werkwijze op straat is veranderd: deelnemers verschijnen nu in kleine groepjes en in nette kleding. Deze groepen trachten door middel van hit-en-run acties bij de tegenstanders te komen of door het blokkeren van de route hun demonstratie te verhinderen. Deze nieuwe werkwijze is
vorig jaar uitgeprobeerd in Den Bosch, Maastricht en Venlo.

Bewijs voor dit alles wordt niet geleverd, zeker niet voor het idee dat het AFA uit zou zijn op het met geweld verstoren van fascistische demonstraties. Over het algemeen zijn het eerder de Lonsdalers of NVU nerds die beginnen te slaan dan de AFA mensen, al dan niet geholpen door de ME. De rest van de “methodiek” van het AFA die hier wordt beschreven is niets anders dan wat zowat elke politieke actiegroep doet: informatie verzamelen, demonstreren, het uitoefenen van politieke invloed waar ze kunnen. Niet meer, niet minder. Door dit te koppelen aan onbewezen beschuldingen van geweld en uitlokking tot geweld worden deze legitieme manieren van actievoeren de illegaliteit ingepraat.

Voor iedereen die een beetje op de hoogte is van de AIVD of de voorgangers ervan zoals de BVD, is dit niets nieuws. De Nederlandse veiligheidsdiensten, net als haar collega’s in het buitenland, is altijd banger geweest van links activisme dan van rechtse terreur, al was het alleen maar omdat veiligheidsdiensten nu eenmaal voornamelijk uit rechtse rakkers bestaan. Maar de staat heeft ook goede redenen om banger van links dan van rechts te zijn. Rechts terrorisme richt zich minder snel op de staat en haar instituten, maar meer op outsider groepen — deze dagen vooral Moslims, voorheen ook Surinamers, Turken als groep en natuurlijk Joden. Rechts terrorisme is uit op het herstel van de gevestigde orde door het aanvallen van die elementen die deze orde bedreigen. Dit vormt geen bedreiging voor de staat zelf en op het moment dat het wel een gevaar gaat vormen is het makkelijk in te dammen — al was het maar door de banden die er vaak zijn tussen de officiele veiligheidsorganen ervan en rechtse groepen.

Maar links activisme dat zich bewust is van hoe het kapitalistische systeem racisme en xenofobie in de hand werkt is veel gevaarlijker. Dit soort activisme is zich ervan bewust dat om racisme/xenofobie echt te bestrijden het systeem als geheel moet veranderen. Dat is veel enger dan een beetje geweld.

Wetovertredend politiekorps eist aanpassing van de wet

Twe politie korpsen houden zich niet aan de wer voor de bescherming van persoonsgegevens door kentekengegevens van niet-verdachten te bewaren. Toen ze hier op werden aangesproken was de reactie dat ze zich best aan de wet willen houden, als die maar aan hun eisen wordt aangepast. Dit onder het mott van “u bent nu nog wel geen crimineel, maar wie weet wat de toekomst brengt”. Alsof een inbreker voor de rechter zegt dat zijn inbraken zo ontzettend nuttig zijn omdat hij zo misschien wel eens een moordenaar op het spoor kan komen, dat hij zich voortaan best aan de wet wil houden zolang inbreken maar legaal wordt.

Dit beperkt zich trouwens niet tot Nederland. De politie in Engeland is al meerdere malen in opspraak gekomen o.a. door het blijven bewaren van DNA materiaal van mensen die nergens verdacht van worden. Voor de politie blijft iedereen nu eenmaal een potentieel misdadiger en hoe meer ze van ons weten, hoe sneller ze een verdachte kunnen vinden bij een nieuwe misdaad. Niet erg vindt je misschien, maar de kans op fouten en slordigheden neemt drastisch toe hoe meer data er wordt verzameld.

Want bij de productie van data kunnen altijd fouten worden gemaakt, bij het vastleggen ervan meer fouten en dan praten we nog geeneens over de interpretatie ervan. Geloof me, ik verdien de kost als software test consultant, werk veel met grote databases en dataverzamelingen en weet dus hoe snel er fouten in kunnen slopen, ook als iedereen zijn stinkende best doet ze te voorkomen. Voor een organisatie als bv. het UWV is de betrouwbaarheid van data van cruciaal belang omdat ze het nodig hebben voor de dagelijkse bedrijfsvoering — stuur de verkeerde brief naar de verkeerde mensen en het UWV staat op de voorpagina van de Telegraaf.

Maar in een politie database wordt het merendeel van de data alleen getoets op hefeit of het overeenkomt met een nieuw gevonden stukje data, niet op correctheid. Een kenteken wordt gereigstreerd en opgeslagen, maar wat wordt er daarna mee gedaan? Voor de politie is het alleen interessant als het overeenkomt met een kenteken waar ze naar op zoek zijn. Maar dan is het al te laat om vast te stellen of dit kenteken wel goed was vastgesteld en of alle bijbehorende gegevens wel correct waren… En kentekens zijn nog relatief eenvoudig; meer complexe data zal sneller valse positieve overeenkomsten vertonen, ook voor zogenaamde unique kenmerken als vingerafdrukken of DNA…

Het wordt nog erger als je op zoek gaat naar verbanden en connecties in je database. Dat is bv. de reden waarom de overheid zo gebrand is op het kunnen raadplegen van gespreksgegevens en internetgedrag –het gaat niet om wie er wat zegt, maar met wie ze praten. Door de gesprekken van een verdachte na te gaan kan de politie zo eventuele andere bendeleden op het spoor komen, puur door analyse van met wie de verdachte belt, hoe en wanneer. Deze data verzamelen is makkelijk, maar de verbanden leggen en vooral correct uitleggen is veel moeilijker en foutgevoeliger, zeker aan de randen van een netwerk waar het juist interessant wordt. Denk aan hoe een organisatie als de mafia in elkaar zit, waar als je een verdachte hebt, deze waarschijnlijk een aantal vaste bendeleden heeft waar hij of zij veel mee belt, maar als je het hele netwerk in kaart wilt brengen juist de mensen met wie ze af en toe contact hebben interessant zijn, want die kunnen weer leiden naar andere bendes. Maar hoe zie je het verschil tussen zo’n bendelid en iemand die compleet toevallig aan het opsporingsprofiel voldoet, voor compleet onschuldige redenen? Alleen door zo iemand ook onder observatie te nemen en zo kan het onderzoek zich als een olievlek uitbreiden, met alle gevolgen vandien.

Daarom is het belangrijk dat de politiek goed nadenkt over hoeveel en welke data de politie mag verzamelen en behandelen. De politie zelf zal altijd zeggen dat ze meer data nodig hebben en argumenteren dat de voordelen tegen de bijwerkingen opwegen.

Ook christelijke ambtenaren moeten zich aan de wet houden

Ik wordt doodziek van die christelijke fundamentalisten die denken dat ze hun levensopvattingen aan iedereen kunnen opdringen zonder de gevolgen ervan te voelen. Ze willen martelaartje spelen maar zonder dat het hun ook maar iets kost. Ik heb het natuurlijk over die zogenaamde christelijke ambtenaren die zich “gewetensbezwaard” voelen om homohuwelijken te voltrekken. Niet dat Jesus ook maar één woord aan homofilie heeft gewijd, maar dat stopt deze fanatici niet.

Integendeel. Niet alleen weigeren deze “christenen” hun werk uit te voeren, maar ze geloven ook nog eens dat ze dat ongestraft moeten kunnen doen. En het CDA en de christen-fundamentalistische partijen steunen hun hierbij. Ook zij stellen dat beambten die het voltrekken van homohuwelijken weigeren niet ontslagen kunnen worden en sterker nog, dat solicitanten ook niet op deze reden kunnen worden afgewezen. Op deze manier wordt de moraal van een kleine, haatdragende minderheid opgedrongen aan de rest van ons.

Waar is Wilders wanneer je hem nodig hebt?